Voor de verandering eens een bijdrage van een collega-journalist van buiten de gebruikelijke ploeg van Spinner: Dietmar Terpstra. Momenteel freelance journalist en eindredacteur voor onder meer Off The Record, Jazzism, Heaven en Bluesmagazine.nl. Terpstra ging onlangs in gesprek met Michael Goldwasser. De Easy Star All-Stars oprichter en producer vertelt over de totstandkoming van het nieuwste wapenfeit ‘Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Dub Band’. Lees tevens de albumrecensie.
Na de albums ‘Dub Side Of The Moon’ (2003) en ‘Radiodread’ (2006) verbaast het New Yorkse reggaecollectief Easy Star All-Stars de muziekwereld nu met zijn eigen adaptatie van de ultieme popklassieker ‘Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band’. Easy Star’s Lonely Hearts Dub Band is geen gimmick, maar een respectvolle poging popliefhebbers meer naar reggae te laten luisteren, en vice versa. Bovendien zijn de Easy Stars niet zomaar een reggaebandje, aldus bedenker Michael Goldwasser.
Goldwasser richt de band inclusief eigen label in 1997 met twee vrienden op en neemt aanvankelijk eigen rootsreggae-tracks op. Daarnaast brengt het label Easy Star roots-reggae uit die niet eerder op cd is verschenen. Tien jaar geleden rees de gedachte om klassieke pop- en rockalbums in een reggae-versie uit te brengen. “Mijn collega in Easy Star, Lem Oppenheimer, dacht dat een uitstekende manier zou zijn om reggae bij een groter publiek bekend te maken. We merkten dat reggae niet erg serieus werd genomen, mensen konden er niet veel respect voor opbrengen.”
“Het lag niet voor de hand om voor ‘Dark Side Of The Moon’ van Pink Floyd en ‘OK Computer’ van Radiohead te kiezen. Beide zijn tamelijk donkere albums, zeer bijzonder in hun samenhang, echt wat men noemt concept-albums. Toch hebben we het gedaan, omdat ze beide in hun soort klassiek zijn. ‘Sgt. Pepper’ hadden we al langer in gedachten, het is per slot van rekening te beschouwen als de moeder aller concept-albums. En in tegenstelling tot de voorgaande platen is het grotendeels een behoorlijk opgewekte plaat.”
Goldwasser en zijn companen, onder wie de fameuze Victor Axelrod a.k.a. Ticklah, een grote naam in de New Yorkse reggaescene (check zijn recente album ‘Ticklah vs. Axelrod’, een fabuleus mengsel van (dub)reggae, jazz en latin) en bassist Victor Rice, gingen niet over één nacht ijs. “Ik heb er ongeveer 16 maanden over gedaan om de goede arrangementen te schrijven. Er staat geen enkele sample op de plaat, het is noot voor noot opnieuw geschreven en ingespeeld. Het was een tamelijk gecompliceerd proces, omdat ik niet alleen het album als geheel in gedachten moest houden, maar ook iedere song afzonderlijk. Elke track moest bijzonder worden, omdat de kritiek niet van de lucht zou zijn als dat niet het geval was. ‘Sgt. Pepper’ is toch een beetje van iedereen, nietwaar? Gelukkig zijn de reggae-artiesten waar wij mee werken uitstekende muzikanten, dus het inspelen was het grote probleem niet. Ik vind de plaat dan ook bijzonder geslaagd. Toch was het nog niet eenvoudig. Luister maar eens naar de strijkers-partijen in ‘Within You Without You’, die boden nog een pittige uitdaging. Bijzonder gesteld ben ik geraakt op onze versie van ‘Fixing A Hole’ met zang van Max Romeo, daar hebben we veel plezier aan beleefd, vooral omdat we het aan het eind lekker uitgedubd hebben.”
Het resultaat is inderdaad een verbluffende mix van dub, rootsreggae, af en toe een toefje ska, maar vooral muzikaal vakmanschap en liefde voor het origineel. Kan ook haast niet anders, als je de vocale medewerking vraagt van mensen als Luciano, The Mighty Diamonds, Matisyahu, Sugar Minott, U Roy, Steel Pulse, Michael Rose van Black Uhuru en eerder genoemde Max Romeo, zonder uitzondering grote sterren in het genre.
Veel liefhebbers van de genoemde klassieke pop- en rockalbums reageerden desondanks aanvankelijk onaangenaam getroffen, toen bleek dat een groep jonge Amerikanen zich aan ‘hun’ lievelingsalbums had vergrepen. Er werd gesproken van een ‘gimmick’ en zelfs van ‘heiligschennis’. Van dergelijke klassiekers dient men met zijn vingers af te blijven, zo was de algemene teneur. Goldwasser reageert niet verrast als hem hier naar gevraagd wordt. “Maar men moet begrijpen dat wij altijd met zeer veel respect en liefde voor het origineel te werk gaan. Er is geen sprake van dat wij een ‘gimmick’ hebben willen maken en het is voor ons bepaald geen grap. Bovendien weten wij dat de bandleden van Pink Floyd en Radiohead ons werk gehoord hebben en zij vonden het erg mooi. Paul McCartney en Ringo Starr hebben deze plaat volgens mij nog niet gehoord, maar dat gaat wel gebeuren, omdat wij natuurlijk contact gehad hebben met Apple Corps, de organisatie die de rechten van de Beatles-muziek beheert. Het project moest natuurlijk wel legaal plaatsvinden.”
Inmiddels zijn de Easy Stars met het album de boer op. “We spelen het album nog niet in zijn geheel live, we beheersen nu zo’n acht a negen songs. Maar het streven is er natuurlijk op gericht het gehele album live te spelen.” ‘Easy Star’s Lonely Hearts Dub Band’ wordt in Nederland gedistribueerd door Bertus.
En wat vond Dietmar Terpstra tenslotte van het album? Lees ook nog ff zijn recensie:
Easy Star All-Stars – ‘Easy Star´s Lonely Hearts Dub Band’
Na opmerkelijke platen als ‘Dub Side Of The Moon’ en ‘Radiodread’ verrast het New Yorkse reggaecollectief de luisteraar nu met ‘Easy Star´s Lonely Heart´s Club Band’, een door arrangeur Michael Goldwasser verjamaicaanste versie van het klassieke popalbum. Het is geen gimmick, de man heeft er anderhalf jaar aan gewerkt, en het resultaat is indrukwekkend. De Beatles songs zijn zonder uitzondering liefdevol bewerkt en de band heeft kosten noch moeite gespaard om tot dit resultaat te komen. De medewerking van reggaegrootheden als Max Romeo, Luciano, Matisyahu, Sugar Minott, Steel Pulse, Michael Rose en U Roy maken dit tot één van de allerbeste roots-reggaeplaten van de laatste jaren. Irie!