Terwijl Blur de Britse podia voor het eerst in vele jaren weer afschuimt, komt gitarist/multi-instrumentalist Graham Coxon met zijn nieuwe solo album ‘The Spinning Top’. Zijn inmiddels zevende schijf is naast een echt conceptalbum – 15 songs over het leven van een man vanaf de geboorte tot aan zijn dood – ook een merendeels erg ingetogen plaatje geworden. Veel meer met een folk inslag dan we van hem gewend zijn, want op eerdere werkjes als ‘Happiness In Magazines’ en ‘Love Travels At Illegal Speeds’ was het toch vooral rock wat de klok sloeg.
Weg zijn die schreeuwerige, schokkerige gitaar en punkriffs. Coxon ging op zoek naar zijn tedere kant. En toch is het een rijk plaatje. Dat komt niet zozeer door een uitbundige of uitgebreide instrumentatie, want de basis is eenvoudig weg akoestische gitaar en Coxons speelse, wat nasale en wankele zanglijnen met wat wiegende piano of andere gevoelige invullingen, maar eigenlijk alleen maar door Grahams fenomenale speel technieken. Vooral dat ingewikkelde ‘fingerpicking’ – check vooral het charmante ‘In The Morning’ – geeft de songs wat bijzonders. Daarmee herinnert hij aan de legendarische Bert Jansch.
Neem bijvoorbeeld ‘Feel Alright’, compleet met zijn ‘ba ba ba’ refrein en piano, dat is folk op zijn catchiest. Op ‘Look Into The Light’ lijkt Coxon de wedergeboorte van de fragiele Nick Drake. In ‘Sorrow’s Army’ komt dezelfde spaghetti western vibe terug als bij The Coral en The Zutons en Coxon eindigt op dramatische toon met ‘November’, met sfeervolle, minimale accordeon en gitaarklanken en een prachtig staaltje samenzang.
Slechts vijf tracks vallen buiten de folkboot: zoals het overwegend subtiele, vroege Super Furry Animals-eske popliedje ‘If You Want Me’ waarin plots wat ruiger, fuzzy gerockt wordt, het lekkere swamprockerige, broeierige nummer ‘Dead Bees’ of met calypso percussie gelardeerde ‘Perfect Love’ in de lijn van jaren zestig held Arthur Lee’s ‘Love’.
De eerdere kritiek op zijn wat simplistische teksten, heeft Coxon zich kennelijk aangetrokken. Hij verhaalt hier wel haast literair verantwoord over de liefde, het leven en het overlijden van een mannelijk hoofdpersoon. Al lukt het nog lang niet overal om tot introspectieve zielenroersels te komen zoals Bob Dylan of Drake kunnen (in ‘Perfect Love’ dweilt hij “I met you and you met me/ We sang in perfect harmony”). Zou Coxon misschien last hebben van een midlife crisis?
Onverwachts is een passend woord om ‘The Spinning Top’ mee aan te duiden. Zo verschillend van zijn andere platen en ook op de schijf zelf gaat het best veel kanten op binnen zijn gelegde folky muzikale kader. Het zal niet het ‘kopje thee’ zijn voor elke vroege Coxon fan, maar het is toch zeker wel één van zijn aardigste solo albums tot nu toe. Al willen niet alle songs in de bol blijven haken.
SPINNER SCORE: 78/100